-
1 trek
1 [(een keer) trekken] pull2 [haal met een pen] stroke5 [luchtstroom] draught6 [vaak trekje] [één keer zuigen] puff8 [het begeerd worden] popularity9 [massale reis/verhuizing, in het bijzonder van vogels] migration♦voorbeelden:een spottende/minachtende trek om de mond • a mocking/contemptuous twist to his/her mouther weinig trek in hebben om dat te doen • not feel much like (doing) thattrek hebben • feel/be hungryheeft u trek in een kopje koffie? • do you feel like/would you care for a cup of coffee?8 in trek zijn • be popular/in demanddeze kroeg is zeer in trek bij studenten • 〈 ook〉 this pub/bar is much frequented by studentsde trek naar de grote stad • the drift to the cityhij is bang dat hij in deze baan niet genoeg aan zijn trekken komt • he is frightened that in this job he might not be able to show what he can doPrincefans komen vanavond goed aan hun trekken • Prince fans are in for a good time tonight
См. также в других словарях:
Mensch — 1. A verzagte Möntsch isch im Himmel nid sichar. (Bern.) – Zyro, 108. 2. Ach, Mensch, betracht , wie Gott verlacht all deinen Pracht, der in einer Nacht wird zu nichts gemacht. – Gerlach, 9. 3. Ain verkerter mensch richtet hader an vnd ain… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon